Virtuele donderdag 30 april

Succes met de spelregelvragen van deze week!

1.

Een verdediger geeft een aanvaller buiten het strafschopgebied een schouderduw terwijl beide spelers de bal niet binnen speelbereik hebben. Wat beslist de scheidsrechter?

Doorspelen.

Indirecte vrije schop voor de aanvallende partij.

Directe vrije schop voor de aanvallende partij.

Indirecte vrije schop voor de aanvallende partij en een gele kaart voor de verdediger.

2.

Welk lichaamsdeel telt niet mee bij het beoordelen of iemand strafbaar buitenspel staat?

Arm.

Hoofd.

Been.

Borst.

3.

De doelverdediger heeft, op de grond liggend, nog een vinger op de bal. Mag de bal nu worden gespeeld?

Alleen door tegenstanders.

Alleen door medespelers.

Nee, door niemand.

Ja, door iedereen.

4.

Op het moment dat de centrumspits voor de bal en op gelijke hoogte staat met de doelverdediger en de laatste verdediger wordt hem de bal toegespeeld door een medespeler. Wat beslist de scheidsrechter als deze spits de hem toegespeelde bal in het doel weet te koppen?

Doelpunt afkeuren. Indirecte vrije schop voor de verdedigende partij.

Doelpunt afkeuren, hervatten met een doelschop.

Doelpunt afkeuren. Directe vrije schop voor de verdedigende partij.

Doelpunt goedkeuren, hervatten met een aftrap na geldig doelpunt.

5.

Uit een beginschop (aftrap) kan:

Nooit rechtstreeks worden gescoord.

Alleen rechtstreeks worden gescoord in het doel van de tegenpartij.

Alleen rechtstreeks worden gescoord in het eigen doel.

In beide doelen rechtstreeks worden gescoord.

6.

Tussen het moment waarop de scheidsrechter constateert dat de wedstrijd is beëindigd en het moment waarop hij zijn fluit naar zijn mond brengt om de wedstrijd te beëindigen, ziet de scheidsrechter dat de doelverdediger, staande in zijn strafschopgebied, een aanvaller opzettelijk slaat. De scheidsrechter moet nu:

De wedstrijd als geëindigd beschouwen.

De wedstrijd alsnog verlengen voor het nemen van de strafschop en de doelverdediger uit het veld zenden door het tonen van de rode kaart.

De wedstrijd als geëindigd beschouwen en de doelverdediger een rode kaart tonen.

De doelverdediger uit het veld zenden door het tonen van de rode kaart en daarna een strafschop laten nemen, waarbij een van de veldspelers als doelverdediger optreedt.

7.

Zonder toestemming van de scheidsrechter hebben een veldspeler en de doelverdediger van plaats gewisseld door onder de wedstrijd elkaars shirt aan te trekken. De scheidsrechter bemerkt deze wissel, als de nieuwe doelverdediger in het strafschopgebied de bal in de handen neemt. Wat beslist de scheidsrechter?

Hij onderbreekt het spel, geeft beide spelers een waarschuwing door het tonen van de gele kaart en hervat met een strafschop.

Hij onderbreekt het spel, geeft de nieuwe doelverdediger een waarschuwing door het tonen van de gele kaart of wordt weggezonden door het tonen van de rode kaart en hervat met een strafschop.

Hij wacht tot de eerstvolgende onderbreking en geeft dan beide spelers een waarschuwing door het tonen van de gele kaart.

Hij wacht tot de eerstvolgende onderbreking en geeft de nieuwe doelverdediger een waarschuwing door het tonen van de gele kaart.

8.

Bij een schermutseling voor het doel krijgt de scheidsrechter (in het betaald voetbal) de bal in zijn gezicht. Als hij weer in staat is het spel te volgen, ligt de bal in het doel en staat hij tussen juichende en protesterende spelers. Hoe moet hij nu handelen?

Het doelpunt toekennen.

De assistent-scheidsrechters en/of vierde official raadplegen en op grond van diens adviezen een beslissing nemen.

Een scheidsrechtersbal geven aan de aanvallende partij.

Een scheidsrechtersbal geven aan de doelverdediger van de verdedigende partij.

9.

Een aanvaller wordt door een verdediger bij zijn shirt gegrepen op het moment dat hij deze wil passeren. Beide spelers komen ten val. De scheidsrechter ziet echter dat de aanvaller snel overeind komt en een doelrijpe kans krijgt en hij past dan ook de voordeelregel toe. Helaas wordt de bal naast geschoten. Alles gebeurde buiten het strafschopgebied. De scheidsrechter moet nu:

Alsnog een directe vrije schop toekennen.

Alsnog een directe vrije schop toekennen en de verdediger een rode kaart tonen.

Hervatten met een doelschop.

Hervatten met een doelschop en de verdediger een gele kaart tonen.

10.

Tijdens het spel bemerkt de scheidsrechter dat de uitrusting van een speler niet aan de voorschriften voldoet. Hoe reageert hij?

Hij wacht tot de eerstvolgende onderbreking en zendt dan de speler van het speelveld om het mankement te herstellen.

Hij draagt, tijdens het spel, de aanvoerder op de speler van het speelveld te zenden om het mankement te herstellen.

Hij onderbreekt de wedstrijd, zendt de speler tijdelijk van het speelveld en hervat met een indirecte vrije schop.

Hij onderbreekt de wedstrijd, zendt de speler tijdelijk van het speelveld en hervat met een scheidsrechtersbal.

Cookie	Duur	Beschrijving
cookielawinfo-checbox-analytics	11 months	This cookie is set by GDPR Cookie Consent plugin. The cookie is used to store the user consent for the cookies in the category "Analytics".
cookielawinfo-checbox-functional	11 months	The cookie is set by GDPR cookie consent to record the user consent for the cookies in the category "Functional".
cookielawinfo-checbox-others	11 months	This cookie is set by GDPR Cookie Consent plugin. The cookie is used to store the user consent for the cookies in the category "Other.
cookielawinfo-checkbox-necessary	11 months	This cookie is set by GDPR Cookie Consent plugin. The cookies is used to store the user consent for the cookies in the category "Necessary".
cookielawinfo-checkbox-performance	11 months	This cookie is set by GDPR Cookie Consent plugin. The cookie is used to store the user consent for the cookies in the category "Performance".
viewed_cookie_policy	11 months	The cookie is set by the GDPR Cookie Consent plugin and is used to store whether or not user has consented to the use of cookies. It does not store any personal data.

Virtuele donderdag 30 april

Menu

Clubhuis

Follow us!